Sony Xperia M4 Aqua - Accessoires en instellingen beheren met Smart Connect™‎

background image

Accessoires en instellingen beheren met Smart Connect™

Gebruik de applicatie Smart Connect™ om in te stellen wat er in uw apparaat gebeurt

wanneer u een accessoire aansluit of loskoppelt. U kunt er bijvoorbeeld voor kiezen om

de applicatie FM-radio altijd te starten als u een headset aansluit.
U kunt Smart Connect™ ook instellen om binnenkomende berichten voor te lezen. Of u

kunt de applicatie ook gebruiken om een bepaalde actie of een aantal acties in te stellen

die op bepaalde tijdstippen op uw apparaat moeten worden gestart. Als u bijvoorbeeld

uw headset aansluit tussen 7:00 en 9:00 uur, kunt u ervoor kiezen dat:

De applicatie FM-radio start.

De webbrowser de ochtendkrant opent.

Het belvolume wordt ingesteld op trillen.
Met Smart Connect™ kunt u ook accessoires zoals SmartTags en SmartWatch beheren.

Raadpleeg de gebruikershandleiding van de betreffende accessoire voor meer informatie.

Als u een apparaat met meerdere gebruikers deelt, moet u zich aanmelden als de eigenaar,

oftewel de primaire gebruiker, om de applicatie Smart Connect™ te gebruiken.

1

Tik om beschikbare accessoires weer te geven

2

Voeg een accessoire of een gebeurtenis toe

3

Geef de menuopties weer

4

Tik om alle gebeurtenissen weer te geven

5

Tik om een gebeurtenis te activeren

6

Tik om details van een gebeurtenis weer te geven

130

Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.

background image

Een Smart Connect™-gebeurtenis maken

1

Tik in het Startscherm op , ga naar

Other > en tik hierop.

2

Als u Smart Connect™ voor het eerst opent, tikt u op

OK om het

introductiescherm af te sluiten.

3

Tik in het tabblad

Gebeurtenis op .

4

Als u voor het eerst een gebeurtenis maakt, tikt u nogmaals op

OK om het

introductiescherm af te sluiten.

5

Voeg voorwaarden toe waaronder u de gebeurtenis wilt activeren. Een voorwaarde

is bijvoorbeeld de verbinding met een accessoire of een bepaald tijdsinterval, of

beide.

6

Tik op om verder te gaan.

7

Voeg toe wat u wilt dat er gebeurt wanneer u verbinding met een accessoire

maakt en stel naar wens andere instellingen in.

8

Tik op om verder te gaan.

9

Geef een naam aan de gebeurtenis en tik op

Voltooi..

Om een Bluetooth®-accessoire toe te voegen, moet u dat eerst koppelen met uw apparaat.

Een Smart Connect™-gebeurtenis bewerken

1

Start de applicatie Smart Connect™.

2

Tik op het tabblad

Gebeurtenis op een gebeurtenis.

3

Als de gebeurtenis is uitgeschakeld, sleept u de schuifregelaar naar rechts om

deze in te schakelen.

4

Tik op

Bewerken en wijzig de instellingen als gewenst.

Een gebeurtenis verwijderen

1

Start de applicatie Smart Connect™.

2

Houd op het tabblad

Gebeurtenis de gebeurtenis aangeraakt die u wilt

verwijderen en tik vervolgens op

Gebeurtenis verwijderen.

3

Tik op

Verwijderen om uw keuze te bevestigen.

U kunt ook de gebeurtenis openen die u wilt verwijderen en op >

Gebeurtenis verwijderen >

Verwijderen tikken.

Smart Connect™ instellen om binnenkomende berichten voor te lezen

1

Start de applicatie Smart Connect™.

2

Tik op en vervolgens op

Instellingen.

3

Markeer het selectievakje naast

Tekst naar spraak en bevestig vervolgens indien

nodig de activering.

Als deze functie is ingeschakeld, worden alle binnenkomende berichten voorgelezen. Ter

bescherming van uw privacy is het verstandig om deze functie uit te schakelen als u uw

apparaat bijvoorbeeld in het openbaar of op uw werk gebruikt.

Accessoires beheren

Gebruik de applicatie Smart Connect™ voor het beheren van een aantal handige

accessoires die u kunt aansluiten op uw apparaat, inclusief SmartTags, SmartWatch en

Smart Wireless Headset pro van Sony. Smart Connect™ downloadt de benodigde

applicaties en vindt applicaties van derden als die beschikbaar zijn. Accessoires die

eerder zijn aangesloten, worden weergegeven in een lijst waarin meer informatie staat

over de functies van elk accessoire.

Een accessoire koppelen en aansluiten

1

Start de applicatie Smart Connect™. Als u Smart Connect™ voor het eerst opent,

tikt u op

OK om het introductiescherm af te sluiten.

2

Tik op

Accessoires en vervolgens op .

3

Schakel Bluetooth® in als dat nog niet is gebeurd en tik op de naam van het

accessoire dat u wilt koppelen en aansluiten.

4

Voer indien nodig een toegangscode in of bevestig dezelfde toegangscode op uw

apparaat en het accessoire.

131

Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.

background image

De instellingen voor een aangesloten accessoire aanpassen

1

Koppel en sluit het accessoire aan op uw apparaat.

2

Start de applicatie Smart Connect™.

3

Tik op

Accessoires en tik vervolgens op de naam van het aangesloten accessoire.

4

Stel de gewenste instellingen in.